woensdag 9 januari 2013

Aan alles komt een einde...

Aan alles komt een einde... Zo ook aan de cursus Beeldcultuur 2012-2013. Deze blog zal daarom tevens de laatste zijn die ik voor de cursus ga schrijven. Ik geef hierin in hoeverre ik de leerdoelen heb bereikt die Hans van Driel heeft omschreven en welk punt ik me uiteindelijk zou geven voor de blogs van het afgelopen halfjaar. 

Kennis en inzicht

Met kennis en inzicht wordt kennis en inzicht bedoeld in de semiotiek. In mijn blog Begrijpen hoe we begrijpen heb ik laten zien dat semiotiek betekenisvorming teweeg kan brengen en liet ik zien dat er een proces bestaat waarbij het teken, de werkelijkheid en de interpretant een rol spelen. Daarnaast beschrijf ik op welke manieren er een relatie kan ontstaat tussen teken en referent en heb ik een extra theorie van Ronald Barthes toegevoegd om zo een kritische blik op semiotiek te krijgen. Al deze theorie heb ik daarna toegepast op een tussenopdracht, waarbij ik 'Het laatste avondmaal' als uitgangspunt neem. In het begin vond ik semiotiek een vaag begrip, maar naarmate ik hier meer mee aan de slag ging, werd het voor mij steeds duidelijker. Naast de stof van het hoorcollege heb ik naar eigen inzichten gezocht en dit heeft mij geholpen bij het alsmaar meer begrijpen van semiotiek. 

Bij narratologie kijke we naar fabel, sujet en style zoals Bordwell het heeft bedoeld, maar ook naar de verschillende vertelwijzen die we kunnen onderscheiden bij films en boeken. In mijn blog Syntagmatische analyse heb ik deze vertelwijzen uitgelegd aan de hand van enkele voorbeelden. Deze verschillende vertelwijzen vond ik in eerste instantie makkelijk om in te beelden, maar om er dan daadwerkelijk een voorbeeld bij te bedenken en te zoeken vond ik moeilijk. Al bij al vind ik dat deze blog duidelijk is en heb ik laten zien dat ik het onderdeel begrijp.

Ook heb ik gekeken naar de verschillende aspecten van de hedendaagse beeldcultuur in mijn blog interactiviteit. Hierbij keek ik naar de nieuwe vormen van vertellen waarbij het publiek steeds meer betrokken wordt bij het produceren van beeldmateriaal. De afstand tussen producent en publiek wordt alsmaar kleiner. Ook ben ik hierbij ingegaan op het onderwerp journalistiek, waarbij beeldcultuur steeds meer een rol gaat spelen ook al gaat het bij journalistiek vooral om de geletterde cultuur. Ook heb ik in mijn blog begrijpen hoe we begrijpen en pragmatische analyse laten zien wat het gevolg is van reproductie van een bepaald beeld. Wanneer je een bekend beeld reproduceert, krijgt het een diepere betekenis. Je brengt dat ene gereproduceerde product dan in verband met het oorspronkelijke beeld. Naar mijn mening heb ik dit leerdoel behaald. Ik ben uitvoerig ingegaan op de verschillende onderdelen en heb hier mijn eigen interpretatie aan gegeven.

Toepassen kennis en inzicht

In elke blog heb ik voorbeelden gegeven van de theorie die behandeld was in het college. Zo heb ik inzichten van semiotiek, narratologie en representatietheorieën toegepast op hedendaagse uitingen van beeldcultuur. In mijn blog Begrijpen hoe wij begrijpen heb ik hedendaagse uitingen van beeldcultuur verwerkt die te maken hebben met semiotiek. Ook staat in deze blog mijn tussenopdracht die met deze uiting van semiotiek te maken heeft. Voor narratologie heb ik dat gedaan in mijn blog Syntagmatische analyse en de tussenopdracht over narratologie staat in de blog over Sneeuwwitje. Ook heb ik hedendaagse uitingen van beeldcultuur verwerkt die te maken hebben met representatietheorieën en wel in mijn blog pragmatische analyse. Kortom,  in elke blog heb ik aan de hand van verschillende voorbeelden uit de hedendaagse uitingen van beeldcultuur de behandelde stof van het college verduidelijkt.

Oordeelsvermogen

Na elk college heb ik een blog geschreven waarin ik de behandelde theorie heb verwerkt. Dat wat in mijn blog staat, heb ik zelf geïnterpreteerd en daarmee als het ware al beoordeeld. Wat ik belangrijk vind en waar ik achter sta, staat verwerkt in mijn blog. Daarom denk ik dat ik staat ben een eigen oordeel te geven over hoe oordelen gevormd worden die in verband staan tot hedendaagse uitingen van beeldcultuur.
Tijdens het tutoraat hebben we de opdracht gekregen om blogs van twee studenten te lezen en daarna te beoordelen. Ook moesten we deze medestudenten een aantal tips meegeven. Op die manier leer je van elkaar en wist je hoe anderen tegen jouw blogs aankijken. Ik heb daardoor serieus het idee gekregen dat ik mijn medestudenten heb kunnen helpen. Wel vond ik het moeilijk om soms tips te geven omdat iedereen zijn eigen interpretatie van de gegeven stof heeft.
Persoonlijk denk ik dat het me vrij goed gelukt is om mezelf te beoordelen aan de hand van de geformuleerde leerdoelen. Ik denk dat ik de meeste leerdoelen behaald heb, maar gezien ik een eerstejaarsstudent ben, heb ik minder ervaring met het schrijven van eigen persoonlijke blogs. Hierdoor zal dat wat ik geschreven heb niet altijd even uitgebreid of creatief zijn zoals graag van mij verwacht wordt. Hopelijk groeit deze vaardigheid de komende jaren tijdens mijn studie algemene cultuurwetenschappen.

Communicatie

Naar mijn mening ben ik in staat de kennis, inzichten, toepasbaarheid en resultaten van mijn blogs te presenteren aan docenten en medestudenten. Een aantal keren heb ik medestudenten geholpen bij de stof omdat zij het niet begrepen. Ook hebben we het bij tutoraat over beeldcultuur gehad en hebben we elkaar geholpen bij de moeilijkheden. Daarnaast had ik een presentatie voorbereid over mijn blog Beeld en werkelijkheid. Hoewel ik mijn presentatie niet heb hoeven voordragen, ben ik toch van mening dat ik het leerdoel communicatie goed bereikt heb.

Leervaardigheden

Persoonlijk denk ik dat ik de leervaardigheden in huis heb die nodig zijn om na de afronding van deze bacheloropleiding een masteropleiding te volgen dan wel te functioneren binnen een werkveld waarin beeldcultuur een rol speelt. Dit alles is nog een beetje ver van mijn bedshow, gezien ik in het eerste jaar van mijn opleiding zit, maar toch denk ik dat ik de capaciteiten in huis heb om dit voor elkaar te krijgen. Ik ben altijd iemand geweest die moet werken om iets te bereiken. Niet komt mij zomaar aanwaaien. In de tijd dat ik student ben aan Tilburg University heb ik een manier aangeleerd waarin ik leren-leren mezelf eigen maak. Ook ben ik bezig met het ontwikkelen van een academische houding. Dit heb ik zowel geleerd tijdens het schrijven van mijn blogs voor beeldcultuur als het schrijven van papers voor de cursus Academisch Nederlands en Interpretatie van Cultuuruitingen. Deze houding is voornamelijk gericht op mijn studie aan de universiteit, maar deze zal ik in de komende jaren verleggen naar de toekomst. Verder heb ik in het afgelopen halfjaar geleerd om zelfstandig te denken en vooral zelfstandig te werk te gaan. Ook is het een vereiste om tijdens de studie Algemene Cultuurwetenschappen van perspectief te kunnen wisselen. Dit is iets wat ik veelal bij Inleiding Cultuurwetenschappen heb geleerd. Door het goede contact met mijn medestudenten ben ik nooit bang iets te vragen als ik iets niet begrijp, maar dit doen zij net zo makkelijk. Ik ben daardoor in staat mijn kennis te delen met anderen. Gezien ik nog niet echt een idee heb welke kant ik op wil gaan met mijn studie, heb ik de mogelijkheid om me op zoveel mogelijk manieren te ontwikkelen. Ook dit heb ik in het afgelopen half jaar geleerd tijdens mijn studie.


Al bij al ben ik erg tevreden over het eindresultaat van mijn blogs en tussenopdrachten. Het voorstel dat ik doe voor een eindcijfer is een 8.



Evaluatie van de cursus beeldcultuur: Als eerstejaarsstudent Algemene Cultuurwetenschappen wist ik in eerste instantie niet zo goed wat er van mij verwacht werd in de cursus. Dit komt vooral doordat er erg veel eigen interpretatie gegeven mag worden aan de gegeven theorie. Je mocht zelf bepalen hoe je deze stof liet terugkomen in je blog, als deze maar terug komt. Uiteindelijk heb ik de twijfel losgelaten en blogs geschreven zoals ik dacht dat het goed was. Na elk college heb ik hard nagedacht over wat ik in mijn blog terug wil laten komen. Ik heb er erg veel tijd in gestoken maar naar mijn mening mag het eindresultaat er wezen. 

dinsdag 8 januari 2013

Storytelling

Op 3 december werd er een gastcollege geven bij de cursus Beeldcultuur door Mevrouw Van der Kaa. Zij vertelde over verschillende manieren van storytelling en liet aan de hand van voorbeelden zien hoe deze manieren zich voordoen in de praktijk. Tevens was dit gastcollege het laatste college van Beeldcultuur en daarom zal ik deze blog wijden aan dit college gegeven door Mevrouw Van der Kaa.


Storytelling is het vertellen over gebeurtenissen in woorden, afbeeldingen en geluiden. Er zijn verschillende manieren om een verhaal te vertellen waarbij gebruik wordt gemaakt van verschillende soorten media. Bij verschillende soorten media kun je denken aan televisie, radio, internet, games en gedrukte media zoals kranten en tijdschriften. Hille noemt drie manieren waarop je gebruik kunt maken van verschillende media terwijl er een verhaal verteld wordt, namelijk: digital storytelling, cross media storytelling en transmedia storytelling. 


Digital storytelling is een manier van verhalen vertellen waarbij gebruikt wordt gemaakt van digitale tools. Hierbij moet je denken aan spellen, web-based stories, interactieve verhalen en teksten met hyperlinks (hypertekst) (Van der Kaa, 2012). Mensen kunnen tegenwoordig verhalen lezen van anderen verspreid over de hele wereld via het internet door middel van blogs, terwijl je vroeger alleen verhalen kon lezen die in boeken gedrukt of geschreven waren of door werden verteld. Vroeger mond tot mond, nu via blogs en sociale netwerken. Vroeger in de directe fysieke omgeving, maar nu in de grote digitale omgeving (Janssen, 2007). Naar mijn mening kun je digital storytelling ook wel creative storytelling noemen, gezien er zoveel mogelijkheden op het internet zijn om je eigen verhaal te vertellen. 

Digital Storytelling kan op twee verschillende manieren verteld worden, namelijk lineair en non-lineair. Digital Storytelling op een lineaire manier verteld moeten we denken aan het spel Pacman. Hierbij is het de bedoeling dat je uiteindelijk de eind baas verslaat. Het verhaal wordt als het ware van voor naar achteren verteld en het draait erom dat je het einde behaalt van het spel. Digital storytelling op een non-lineaire manier wordt mee bedoeld dat een verhaal dat bijvoorbeeld in een spel verteld wordt, niet chronologisch is. Je kunt zelf bepalen wat je doet en wanneer je het doet. Je wordt minder gestuurd tijdens het spelen van het spel en hebt hierdoor zelf de storytelling in de hand. De keuzes die je zelf maakt, bepalen wat er gebeurt. Het voldoet niet meer aan de traditionele conventies van verhalen vertellen. 


Cross media storytelling is een lineaire manier van storytelling en hierdoor vrij traditioneel (Hille, 2012). Een goed voorbeeld van cross media storytelling zie je terugkomen bij het televisie programma van de kro 'Boer zoekt vrouw'. Elke week krijg je een aflevering te zien waarin chronologisch verteld wordt over de boeren en de vrouwen door middel van camerabeelden. Na elke uitzending wordt er een aangegeven dat je nog meer te weten kunt komen over de boeren, maar om aan deze informatie te komen moet je wel even naar de site gaan. Hier kun je onder het kopje Extra, diepte interviews vinden met de boeren en de vrouwen om naast het programma zelf, meer op de hoogte te zijn van de gebeurtenissen rondom de boeren. 


Transmedia storytelling is naast digital storytelling en cross media storytelling een manier om een verhaal te vertellen. De term is in 2003 bedacht door Henry Jenkins. Hij wilde beschrijven welke veranderingen technologie brengt in de manier waarop media worden gemaakt en geconsumeerd (Dilli & Bos, 2012). Een  transmediaal verhaal is volgens Jenkins "een verhaal dat zich ontvouwt via verschillende mediakanalen waarin elk kanaal een distinctieve bijdrage levert aan de totale verhaallijn."

Op het eerste ogenblik lijkt transmedia storytelling veelal op cross media storytelling, maar het verschilt van elkaar. Bij crossmedia wordt exact hetzelfde verhaal verteld als via verschillende kanalen. Wel zijn er een aantal aanpassingen gedaan in het verhaal, zodat het verhaal voldoet aan de regels van het desbetreffende medium (Dilli & Bos, 2012). Denk hierbij aan de boeken van Harry Potter en de film. Enige bewerkingen zijn toegepast zodat het verhaal geschikt is voor de film versie. Bij transmedia vertelt elk medium zijn eigen unieke verhaal.

Tijdens het college zijn we dieper ingegaan op de 7 principes die Jenkins toekent aan transmedia storytelling. Deze principes zal ik hieronder kort toelichten.

Spreadability vs. Drillability: Een transmediale productie kan deelbaar worden met anderen, mensen worden enthousiast en willen doorvertellen wat zij weten of hebben gezien. Ze verspreiden de informatie over het gehele medialandschap. Ook kunnen ze zo onder de indruk raken van een verhaal dat ze verder gaan zoeken naar informatie. Er wordt dieper ingegaan op een onderwerp dat we interessant vinden.
Continuity vs. Multiplicity: Continuity is het verder werken op een verhaallijn. Er bestaat een definitieve versie van een verhaal, maar daaraan worden verschillende andere versies verbonden via verschillende media. Deze verschillende versies maken alsnog deel uit van de originele versie. Multiplicity daarentegen staat voor verschillend mogelijke versies van het origineel.
Immersion vs. Extraction: Je kunt dingen uit de transmediale wereld halen en de eigen wereld inbrengen, of je verdwaalt in de transmediale wereld. Van der Kaa gaf een mooi voorbeeld van deze principes. Iedereen weet dat de wereld van Harry Potter in de werkelijkheid niet bestaat, maar toch kunnen we de dingen beleven die Harry Potter mee maakt. Aan de hand van de boeken en een film is er een Harry Potter park ontwikkeld in Orlande (Verenigde Staten). Hier kun je bijvoorbeeld, net als Harry Potter, een toverstaf kopen bij Olivander. Je beleeft wat er gebeurt als je een eigen toverstaf gaat halen en je voelt je daarna een echte tovenaar. Uit de transmediale wereld is een element gehaald dat in de eigen wereld wordt gestopt, en je bent uiteindelijk voor heel even onderdeel van deze transmediale wereld geworden.
World Building: World Building is het creëren van een eigen wereld, gebaseerd op een verhaallijn van een bepaald soort medium. Hierbij moet je niet alleen denken aan fictieve geografie, maar ook aan culturele geografie. Hoe gedragen de mensen zich, wat zijn hun normen en waarden, hoe praten ze, wat maken ze elke dag mee, wat voor kleding wordt er gedragen en dergelijke. World Building wordt bijvoorbeeld bij Lord of the Rings. Uiteindeilijk begrijp je hoe het lang fictief geografisch in elkaar zit, maar je begrijpt ook de culturele aspecten van het verhaal.
Seriality: Een verhaal wordt opgedeeld in verschillende hoofdstukken die elkaar daarna opvolgen. Deze hoofdstukken worden los van elkaar gepresenteerd en vaak afgesloten door middel van een cliffhanger. Deze cliffhanger zorgt ervoor dat je het verhaal blijft volgen.
Subjectivity: Vanuit verschillende soorten media kun je kijken naar een verhaallijn. Je kijkt vanuit verschillende gezichtspunten naar gebeurtenissen van het verhaal.Van bijvoorbeeld het verhaal Harry Potter had je eerst de boeken, daarna de films, waarna de games snel volgden. Het is mogelijk om vanuit deze gezichtspunten naar het verhaal te kijken.
Performance: Met performance wordt het betrekken van het publiek bedoeld bij een verhaallijn. Het publiek krijgt de mogelijkheid om bijvoorbeeld verhaallijnen te bedenken die bij de originele verhaallijn hoort. Een voorbeeld hiervan is de serie Lost. Bij deze serie werden allerlei verhaallijnen bedacht waardoor de originele verhaallijn niet meer duidelijk was. Ook hadden de makers geen grip op de situatie en uiteindelijk liep het een beetje uit de hand. Voor de een is performance een vloek, terwijl het voor de ander juist een zege is. Een zege kan performance zijn wanneer het publiek op een, voor de makers, positieve manier deelnemen aan een verhaallijn.

Tot slot zou ik graag een interessante documentaire willen delen over Transmedia Storytelling projecten. Hierin spreken verschillende Nederlandse pioniers over het maken van transmediale projecten.






Tijdens een meeloopdag aan Tilburg University bij de studie Algemene Cultuurwetenschappen heb ik het college van Mevrouw Van der Kaa al eens eerder mogen bijwonen. Dit college vond ik toen al interessant alleen had ik geen idee waar het allemaal over ging, omdat ik niet op de hoogte was van de voorgaande informatie die gegeven was door Meneer van Driel. Toch heeft dit gastcollege mij vorig jaar kunnen overtuigen om me in te schrijven voor deze studie en ben ik nog steeds blij met mijn keuze! 


Bronnen
Theorie gastcollege: Van der Kaa, H. (2012). Gastcollege Beeldcultuur, storytelling. Maandag 3 december 2012, Tilburg University 
Aanvullende informatie:
- Boer zoekt vrouw (2013). Geraadpleegd via: http://boerzoektvrouw.kro.nl/
- Dillin, S & Bos, S. (2012, 16 juli). Transmedia storytelling: de ontvanger als onderdeel van het verhaal. [Web log post]. Geraadpleegd via: http://www.frankwatching.com/archive/2012/07/16/transmedia-storytelling-de-ontvanger-als-onderdeel-van-het-verhaal/
- Janssen, F. (2007, 11 maart). Digital storytelling: De kunst van het toevoegen. [Web log post]. Geraadpleegd via: http://www.frankwatching.com/archive/2007/03/11/digital-storytelling-de-kunst-van-het-toevoegen/
- Jenkins, H. (2010, 21 juni). Transmedia education: The 7 Principles Revisited. [ Web log post]. Geraadpleegd via: http://henryjenkins.org/2010/06/transmedia_education_the_7_pri.html
- TedVera. (2012, 29 mei). Dutch insight on transmedia [ Video file]. Geraadpleegd via: http://www.dutchcowboys.nl/transmedia/24966